De Speicher
Op een mooie meidag in 2017 bezoeken we voor het eerst het Freilichtmuseum te Kommern. Eén van de oudste gebouwen spreekt me meteen aan. Het is een zogenaamde Speicher uit de veertiende eeuw, een voorraadschuur. Sindsdien ligt op één van mijn modulen (4b), ineens een Freilichtmuseum. Ik beeld daar twee fasen uit in de geschiedenis van de porseleinen Burcht en Kathedraal. De eerste fase is post-Romeins tot aan de vroege Middeleeuwen. Daarin is nog plaats voor die Speicher.
Ik kocht te Kommern het boekje Niederrheinische Bauernhäuser van Gerhard Elzen en nam contact op met een conservator. Die vroeg mij prompt het voltooide model een keer te tonen in één van de ruime vitrines van het museum. Hoe kon hij weten dat het hele ding maar amper 36mm zou worden. Gewoonlijk maak ik niets uit bouwpakketten met het idee dat veel mensen dan hetzelfde hebben. Na het bouwen van de Bockwindmühle van Archistories opZ, was ik zo te spreken over de bouwmethode (Methode H) dat ik die nu wil toepassen in de opzet van de Speicher.
Stap één is altijd het uittekenen. Het boekje biedt voldoende houvast daar de maten er in genoemd worden en er tekeningen zijn die vrijwel overeen komen met schaal Z (1:220). Nu komt de methode van Archistories: Ik besluit om eerst van één laag karton de binnenzijde van de Speicher te bouwen en die later, net als bij de molen met nóg een laag karton te bekleden. Zo kan ik zowel van binnen als van buiten de vakwerkconstructie laten zien.
Bouwfilosofie
Na stap 2, het uitsnijden en monteren van drie binnenwanden op drie buitenwanden, komt de meest interessante, stap 3. Mijn bouwfilosofie schrijft voor dat balken zo mogelijk van hout moeten zijn. Van dun kersenfineer snijdt ik dus 'balken' op schaal waarvan ik de eerste verdiepingsvloer maak. Ze zijn elk twee lagen dik.
Van hetzelfde fineer maak ik de vloer, met een raveel voor het trapgat. Vervolgens lijm ik aan de binnenzijde de opleggers voor de tweede verdiepingsvloer. Daana volgen de spanten, de nok en de gordingen die buitenwaarts worden ondersteund door schoren van ruim 3mm, in verstek. Dat is een heel gepriegel met fineer en ik heb er dan ook veel meer gemaakt dan er aan zijn gelijmd. De rest is simpelweg verdwenen.
De losse wand
Stap 4 is de vierde (losse) wand, weer uit twee lagen en een losse vloer voor de tweede verdieping, ook weer met een raveel voor de trap. In deze fase begint het al een echt gebouwtje te worden.
Maar de constructie is nog verre van volledig. Aan de onderzijde van elke vloer moeten nog korbelen komen die hem zogenaamd ondersteunen. Dat is alweer verstekwerk van enkele millimeters. Aan één kant komen ze wél aan de vloer, maar natuurlijk niet aan de losse wand te zitten. Ook moeten er nog trappen in de Speicher. Dat waren in de dertiende eeuw geen keurige spiltrappen, maar provisorische ladders van dunne staken. Ik heb ze geknipt uit zwart horrengaas.
Het Dak
Het dak, stap 5, is een verhaal apart. Het moet volgens het boekje van stroplaggen worden, opZ is dat van katoenwatten. Dat dacht ik tenminste. Knoeiend met houtlijm en een borduurschaartje veranderden mijn vingers in stroplaggen, maar het dak bleef vrij kaal.
Merkwaardig genoeg heb ik 's nachts rond vier uur altijd de beste ideeën en zo ook nu. De oplossing brengt wolvilt. Dat heeft al aardig de juiste kleur, maar toch moet het nog een heel proces doorlopen om er stroplaggen van te maken. Dat proces is mijn keukengeheimpje, maar ik vind het er overtuigend genoeg uitzien.
Detailleren
Met alleen een dak kom je er niet. Het steekt heel ver over en is voorzien van twee kopgevels uit hout. Ook hier komt de Archistoriesmethode goed van pas: ik maak een 'binnendak' van karton en bekleed dat met het wolvilt. De kopkanten worden weer afgedekt met latjes uit kersenfineer. Als het losse dak klaar is ziet het er mooi uit, maar ik ben nog niet helemaal tevreden. Ik wil ook de functie van de Speicher laten zien:
het was een schuur die boeren samen bouwden om hun wintervoorraad te beschermen tegen rovers. Daarom hadden de wanden onderin dichter gemaast vakwerk, waar je, nadat je het leem verwijderde, toch niet kon inbreken, Het ding stond soms ook op een terp in water. Daar is geen ruimte voor in mijn Freilichtmuseum. Maar wel voor de voorraad: De eerste oogst is het kostbaarst: wol en graan gaan dus naar de zolder. Op de eerste verdieping worden zakken met later geproduceerde wintervoorraad geplaatst en beneden is nog wat ruimte...
Freilichtmuseum
Dezelfde bouw- en detailleringsmethode heb ik toegepast op andere gebouwen van mijn museum, bijvoorbeeld een Middeleeuws houten kerkje en het huis van de wagenmaker.
Je kunt er meer over lezen in het infoblad Burcht & Kathedraal 3a.