Een ander beeld
St Michaël en de draak
- Historie
- opZetten
- Bespadani
- Maakverhaal
- David maar dan wit
- Nog een ander beeld
St Michaël en de draak
Nog onder de indruk van de kathedraal volg je de anderen naar de Burgus op het voorplein. Ze bewonderen een groep beelden die jou ook was opgevallen: Het is St Michaël en de draak Na al die écht middeleeuwse kerkkunst maakte Bespadani een ander beeld. Het is quasi middeleeuws en uit de tijd van keizer Maximiliaan I.
Dit beeld is niet middeleeuws. Het is in de Renaissance, rond 1506, gemaakt door de Italiaan Bespadani, een tijdgenoot van een zekere Michelangelo Buonarotti. Ze waren in de leer bij Bertoldo, maar gingen uit elkaar omdat paus Julius II Bespadani niet koos voor het ontwerpen van zijn praalgraf. Maar waarom deed Bespa zo ouderwets?
opZetten
De eerste Märklin museumwagens waren nou niet bijster aantrekkelijk, maar toch kocht ik ze elk jaar. Vanaf 2009 begon ik ze op te Zétten, ofwel leuker te maken, museumwagens+++. Op de wagen van 2007 lag een écht bronzen beeld, een kopie van Donatello's David te Florence.
Er zijn natuurlijk dolgelukkige verzamelaars van miniatuurbeelden, maar ik heb er weinig mee. Later kocht ik er nóg zo een van bronsgieterij Strassacker, wéér met die veel te grote David. Nou zat ik met twee van die dingen! Ik had een heel ander beeld bij zo'n beeld, maar dan passend opZ. In eerste instantie wilde ik zoiets als de Denker van Rodin. Ik zocht er in kringloopwinkels naar en op beurzen. Mijn hoop nam af, maar mijn fantasie groeide:
BespadaniBeeldhouwer Bespadani heet eigenlijk Oltramontano. Zijn naam, afgekort Bespa, is waarschijnlijk een typisch Thalgause fantasienaam. Het gerucht ging dat deze Italiaan altijd zeer laat was. Als bijnaam kreeg hij: Bespädani: Besser Spät Dan Nie. De afkorting Bespa is Italiaans voor wesp, dit om zijn stekelig humeur. Bespa verdiepte zich voor zijn opdrachtgever in de middeleeuwen. Het Schnittaltaar van Harmen Dabrück uit 1455 vond hij veel te Gotisch. Ook het Rosenthaler altaar van de beroemde beeldsnijders kon hem niet bekoren. Hij negeerde ze en greep terug naar de middeleeuwse Sebastiansminiaturen. Zijn Michaël en de draak zijn dááruit afgeleid.
|
Maakverhaal
Nu moest ik die museumwagen van 2007 toch eens aanpakken. Dat is de zwaartransporter Ssym46 van bronsgieterij Strassacker met een vw-busje en dat veel te grote beeld van Donatello's David.
Opeens verscheen St Michaël aan mij als Preiserfiguurtje op de modelbouwbeurs in Houten. Zulke beelden stonden in de late middeleeuwen bij Duitse stadspoorten. Ze hadden tot doel te waarschuwen tegen Joden, als het vertrapte volk. Dit antisemitische beeld stond me zo tegen dat ik het meteen wilde verzagen. Ik wilde een ander beeld met een échte draak.
Die draak wilde ik maken volgens mijn eigen methode. Die heb ik destijds bedacht om zelf paardjes te maken. Zo is inmiddels ook de hele dierentuin bevolkt. Het gaat zo:
Eerst teken ik de draak schematisch zodat ik hem kan afdrukken en uitknippen.
Er moet ook meteen een bord bij waarop in het latijn een verhaaltje staat over Michael. De initialen maak ik rood. Ze vormen samen het jaartal 1506 (MDVI). Dat bord komt nog.
Eigenlijk wil ik de beeldengroep meteen verzagen: Michael van zijn slachtoffer en die weer van de voet. Maar dat doe ik nog niet voor ik weet of mijn draak ook écht lukt.
Ik ga er van uit dat ik meerdere lagen nodig heb om de draak een beetje volume te geven dus druk ik hem een paar keer af en begin ze uit te knippen.
Omdat het mijn eerste draak ooit is probeer ik me bij de beeldengroep voor te stellen of de grootte een beetje plausibel is. Michael moet zijn draak wél een beetje aankunnen.
Nu komt eindelijk het interessante werk: Met een papje van houtlijm en vloeibaar hout ga ik mijn draak opdikken. Dat spul heeft de viscositeit van dikke yoghurt.
Drupje voor drupje penseel ik het erop en tussendoor laat ik het steeds genoeg uitharden om dan verder te kunnen werken.
Nu gebruik ik voor het maken van paardenpootjes soldeerdraad, maar dat is zelfs voor een opgedikte draak te dik. Voor de horens en vogelachtige poten komt alleen dun koperdraad in aanmerking (0,25mm). Ik buig met twee pincetten de horens en pootjes uit die draad. De horentjes worden elk een ronde 'U'. Die plak ik dan met de onderkant boven de ogen. Draken hebben, zoals natuurlijk bekend, vier tenen. Dat komt goed uit want nu kan ik ze twee aan twee buigen en indraaien. Zo krijg ik poten. Die worden er ook aangelijmd. Vervolgens nog de twee duimklauwen op het midden van de vleugels en natuurlijk een pijlvormige staartpunt.
Weer grijp ik mijn minuscule penseeltje en ga hem met hetzelfde opdikpapje detailleren: ogen, neusvleugels, een schubbenjak en stekels. De basis van de horentjes wordt bedekt, de pootjes krijgen opgedikte spieren, de drakenstaart wordt beschubd en de staartpijl 'meegeverfd'. Mijn draak gaat er hoe langer des te bozer uitzien en probeert uit mijn pincet te vliegen (is hem ook een paar keer gelukt).
Nu de draak lekker hard is wordt het tijd om je voor te stellen hoe de beeldengroep wordt. Met een beetje gepuzzel blijft hij net lang genoeg liggen voor de foto.
Dan komt het griezeligste gedeelte: het zagen in het beeld. Dat moet namelijk heel precies anders leidt het tot ongewilde amputaties (van het beeld en mijzelf). Met de Proxxon en een dun cirkelzaagje zaag ik eerst Michaëls voeten los van zijn slachtoffer. Daarna scheer ik zeer vlak over de sokkel om het liggende mannetje los te maken. Hij juicht van blijdschap als hij is verlost.
Voor de voet gebruik ik de rozet van een antiek koperen kastgreepje dat ik nog had. De scharnierkant van het rozetje heeft één platte kant met een gaatje. Daar komt het bord te zitten. Na veel passen en meten weet ik hoe ik de draak er zó op moet plakken dat de aartsengel straks netjes rechtop staat. Ik plak de draak met secondenlijm, laat dit eerst goed uitharden en verstevig dan de verbinding weer met mijn opdikpapje. Pas als dat ook weer hard is mag Michaël de draak beklimmen. Ook hij wordt weer gelijmd en met opdikpap verstevigd.
Tenslotte, als de beeldengroep droog en stabiel is, wordt de zaak verbronst. Eerst zet ik er een tamelijk waterige laag acrylverf op in een vrij donkere bronskleur. Dat is mooi voor het patin. Het beeld is tenslotte vijf eeuwen oud. Dan met een droger penseeltje licht goudbrons erop tot alle uitstekende delen mooi glanzen. Een buitenbeeld kun je ook nog bronsgroen patineren, maar dat laat ik hier achterwege. Als laatste plak ik het bord erop zodat er geen verf aankomt. Het bord aan de achterkant is leesbaar.
De rode initialen vormen samen het jaartal MDVI, 1506.
Michael, wie is als God, Overwinnend en triomfantelijk Regerend over de satan.
Hier een rondje resultaat:
Dat tweede mannetje wordt een verhaal apart. Ik hou niet van duivels daarom wordt hij gerehabiliteerd: Ik frees zijn horentjes weg, zijn staart en vleugels eraf en een soort rotsblok waarop hij lag. Zo wordt het een raar springend manneke. Het doet mij aan een speerwerper denken. Daarom zaag ik ook zijn linkerarm af en draai die om. Zo plak ik hem er weer op, dat ziet er natuurlijker uit, vind ik. Nu blijkt hij ook nog hoeven te hebben. Die frees ik af tot echte voetjes. Tenen krijgt hij later nog wel.
De speerwerper zet ik weer op zijn oude sokkeltje, maar nu staat hij rechtop. Hij krijgt een speer van heel dun koperdraad. Vervolgens wordt hij met het opdikpapje afgewerkt. De zaagranden worden glad, de schouder en elleboog worden opgedikt en hij krijgt tenen! Ik penseel net zolang tot hij iets van een Rodinbeeld heeft, dat klonterige, ruige. Vervolgens wordt ook hij verbronst. Maar hij krijgt als buitenbeeld nog een bronsgroen patin. Als grapje beschilder ik hem nog met witte duivenpoep. Die komen namelijk later nog op zijn speer te zitten.
David maar dan wit
Nu had ik natuurlijk nog wel die tweede bronzen David over.
Gelukkig was mij bekend dat kunstenaar Bespädani in zijn ouderdom een beeldhouwer inhuurde om de David van Donatello in marmer na te maken, een kolossaal karwei, maar zonder roem: